Steeds vaker komt de diagnose ASS bij meisjes/vrouwen voor dan een tiental jaar geleden. Dit betekent overigens niet dat er al die tijd minder vrouwelijke Auti’s rondliepen dan toen. Er wordt gelukkig steeds meer bekend over de uitwerking van autisme bij vrouwen. De informatieverwerking in het brein van vrouwen met autisme verloopt vaak anders dan bij mannen. Dit zorgt ervoor dat zij vaak langer aangepast, gewenst gedrag kunnen vertonen in het bijzijn van de buitenwereld. Waar afwijkend gedrag of behoeften bij mannen eerder opvalt, kunnen vrouwen “langer onder de radar blijven”. Dat is heel knap, want dat zegt zeker iets over de kracht, aanpassingsvermogen en de leerbaarheid van vrouwen, maar tegelijkertijd is het ook een verdrietige constatering. Het betekent namelijk niet dat de vrouwen niet vastlopen. Het betekent dat ondanks dat ze vastlopen, het moeilijk hebben en zich niet begrepen voelen, toch proberen om te blijven staan. Om te doen alsof er niks aan de hand is, maar tegelijkertijd van binnen hard vechten. Emotioneel, mentaal en fysiek een slagveld waar soms pas veel te laat versterking wordt ingeroepen.
En in dit geval heb ik het over kleine en grote meisjes. Zij krijgen veel vaker te horen: “maar jij ziet er helemaal niet autistisch uit”. Autisme is ook niet iets dat op je voorhoofd staat geschreven en het is niet altijd uit lichaamstaal af te lezen. De dames met ASS zijn over het algemeen beter in het kopiëren van gedrag. Ze observeren de sociale gedragingen bij hun omgevingen en doen net zo leuk mee. Zo bouwen ze een database op van sociale ervaringen waaruit zij kunnen putten als ze moeten terugvallen op hun sociale vaardigheden in bepaalde situatie. Vrouwen zijn heel goed in het weglachen en meedoen in het belang van de ander. Dit gaat overigens niet over hun eigen behoeften, behalve dan de behoeften om niet buitengesloten te worden. Als je hen zou vragen wat ze écht nodig hebben, zouden ze een hele ander pad kiezen. Het komt dan ook veelvuldig voor dat vrouwen eerst meerdere andere (mis)diagnoses krijgen, voordat ze uit komen bij een Autisme onderzoek. Dit doet veel met een mens, om steeds maar te zoeken wat er “met je aan de hand is”. En vrouwen met Autisme zijn vaak al van die piekeraars. Ze zijn heel goed in het overdenken, beredeneren en het zoeken naar betekenis. En ja, dit generaliseer ik, deze uitleg gaat écht niet op voor alle vrouwen met ASS, net zoals hij niet opgaat voor geen enkele vrouw zonder ASS. Mijn ervaring is echter wel dat dit nog veel vaker voorkomt bij vrouwen met ASS. Dat dit het voornaamste is waar zij in vast lopen. Omdat het hen teveel energie kost en teveel negatieve gedachten oplevert. Hierdoor komt het aantal depressies, angst- en dwangklachten bij vrouwen met ASS zo vaak voor.
Mijn ervaring is dan ook dat veel vrouwen die op den duur de diagnose ASS krijgen, het omschrijven als een opluchting. Eindelijk begrijpen ze een beetje hoe het werkt voor hen en waarom alles zo ontzettend veel energie kost. Dat betekent overigens niet dat de diagnose niet gepaard gaat met rouw. Want naast een verklaring waarom je je altijd anders hebt gevoeld, is er niet opeens een oplossing voor al je problemen. Het maakt je niet opeens een ander mens en er is nog steeds een hoop om te leren. Toch kan er vanaf dat moment meer inzicht worden verzameld over de manier waarop het brein werkt en wat er nodig is om plezierig te functioneren.
Ik zou ze het gunnen, al die vrouwen, met of zonder autisme, om niet langer te doen alsof er niets aan de hand is. Aan te passen aan het plaatje en maar niet op te vallen of af te wijken. Vraag om hulp en zoek naar handvaten.